Om kinderen nóg beter te beschermen tegen ernstige infectieziekten gaat het Rijksvaccinatieprogramma vanaf 2025 veranderen.
In het Rijksvaccinatieprogramma wordt tegen verschillende infectieziekten gevaccineerd. Kinkhoest is er daar 1 van. Wie wel wordt gevaccineerd tegen kinkhoest maar deze infectieziekte toch krijgt, heeft over het algemeen minder (ernstige) symptomen.
Welke symptomen dat zijn, lees je op deze pagina. Ook vind je hier informatie over besmetting en hoe vaak de infectieziekte voorkomt.
Kinkhoest is een erg besmettelijke ziekte en begint vaak met een neusverkoudheid. De bacterie die kinkhoest veroorzaakt, maakt een gifstof aan waardoor uiteindelijk hoestbuien ontstaan. Die hoestbuien, soms met overgeven, zijn vaak hevig en kunnen enkele weken tot maanden aanhouden. Hele jonge baby’s kunnen zelfs stoppen met ademen en blauw verkleuren zonder veel te hoesten.
Door het hoesten kan onherstelbare schade aan de longen ontstaan. Ook longontsteking, zuurstoftekort of hersenschade kunnen voorkomen. Een enkele keer gaat een baby dood aan kinkhoest. Kinkhoest is ontzettend naar voor je baby.
Schrik niet, het ziet er heel akelig uit.
Kinkhoest is zeer besmettelijk, mensen besmetten elkaar door te hoesten of niezen. Wanneer je kinkhoest hebt gehad, kun je het nog een keer krijgen. Je bent besmettelijk tot 4 weken na het begin van de hoestbuien.
Voor de invoering van de vaccinatie tegen kinkhoest in 1957 stierven jaarlijks ongeveer 200 kinderen aan de ziekte. Na de invoering van de vaccinatie nam het aantal kinderen dat kinkhoest kreeg snel af. Sinds 1996 komt kinkhoest weer vaker voor, ook bij volwassenen. Dit komt omdat de bacterie van structuur is veranderd. Daardoor kunnen mensen makkelijker ziek worden.
Voor de invoering van de kinkhoestvaccinatie bij zwangeren in december 2019, stierven gemiddeld 1 tot 2 kinderen per jaar aan kinkhoest en werden gemiddeld 170 zuigelingen in het ziekenhuis opgenomen. Het ging vrijwel altijd om jonge baby’s die niet gevaccineerd waren. Dat waren vrijwel uitsluitend ongevaccineerde jonge baby’s. Om baby’s gelijk vanaf de geboorte zo goed mogelijk tegen kinkhoest te beschermen, wordt vrouwen een kinkhoestvaccinatie aangeboden wanneer zij 22 weken of langer zwanger zijn.
Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest. Waarschijnlijk werkten de maatregelen tegen het coronavirus ook tegen te verspreiding van de kinkhoestbacterie. Doordat mensen toen geen kinkhoest kregen, konden ze ook geen natuurlijke immuniteit tegen kinkhoest opbouwen. Dat kan een reden zijn waarom er nu een stijging van kinkhoest zien op alle leeftijden.
De volgende vaccinaties beschermen tegen deze infectieziekte:
Het kan lastig zijn om te beslissen of je jouw kind wil laten vaccineren. In dit webinar krijg je uitgebreide én betrouwbare informatie over de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma. Daarnaast geven we informatie over de ziekten waar de vaccins tegen beschermen. Er is ook ruimte om twijfels over vaccineren te bespreken. Dit webinar is gratis te volgen.
Kinkhoest is een gevaarlijke ziekte, vooral voor baby's. Door de hoestbuien kan de baby moeilijk ademhalen en kan hij benauwd zijn. Ook kan de baby zuurstoftekort of hersenschade krijgen. Door het ziek zijn heeft de baby een grotere kans op koortsstuipen, uitdroging door overgeven, ontstaan van een longontsteking en soms zelfs overlijden. Door de vaccinatie tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap te halen, worden jij en jouw baby beschermd tegen kinkhoest. De kans dat jullie kinkhoest oplopen of dat dit ernstig verloopt, is hiermee veel kleiner.
Ongeveer 9% van de Nederlanders van 10 jaar en ouder krijgt ieder jaar kinkhoest, soms zonder het te merken. Elk jaar komen er ongeveer 170 kinderen onder de 2 jaar in het ziekenhuis en overlijdt 1 baby aan kinkhoest.
Dit weten we niet omdat het niet als zodanig geregistreerd wordt. De meeste volwassenen hebben er weinig last van. Kinkhoest is vooral voor jonge zuigelingen gevaarlijk, waarbij de kans op besmetting door de ouders het grootst is.
Op deze website vind je meer informatie over de verschillende vaccinaties en het Rijksvaccinatieprogramma. Op de website van het RIVM staat nog meer informatie.
Je kan ook altijd met ons contact opnemen. Wij geven je graag antwoord en advies. Ook kunnen wij je doorverwijzen voor een persoonlijk gesprek met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige van het CJG bij jou in de buurt.
